Zwangerschapsdiabetes wat is dat? En hoe voorkom je het?

Zwangerschapsdiabetes

Het aantal vrouwen met zwangerschapsdiabetes is de laatste jaren gestegen. Deze stijging komt onder andere doordat we beter controleren op deze aandoening. Daardoor ontdekken we meer gevallen. Ook stijgt het aantal zwangerschappen bij ‘oudere’ vrouwen. Het risico op zwangerschapsdiabetes stijgt fors met de leeftijd. In 2019 had 1 op de 14 zwangere vrouwen het. Dat zijn ongeveer 12.000 vrouwen. De cijfers zijn afkomstig van onderzoeksbureau Nivel in opdracht van het Diabetes Fonds.

Wat is zwangerschapsdiabetes?

Zwangerschapsdiabetes is een tijdelijk vorm van diabetes type 2 die ontstaat tijdens de zwangerschap. Het lichaam is dan minder gevoelig voor insuline en heeft hier meer van nodig. Insuline is het hormoon in je lichaam dat  je bloedsuiker regelt. Bij de meeste zwangere vrouwen kan de alvleesklier voldoende extra insuline aanmaken. Bij vrouwen met zwangerschapsdiabetes lukt dat niet. Er is te weinig insuline waardoor de bloedsuiker te hoog wordt. Na de bevalling verdwijnt deze vorm van diabetes weer. Echter, vrouwen die zwangerschapsdiabetes hebben gehad, hebben helaas 50% kans om binnen 5 tot 10 jaar diabetes type 2 te krijgen.

Wie krijgen zwangerschapsdiabetes?

Je maakt grotere kans op zwangerschapsdiabetes als je:

  • ernstig overgewicht hebt (BMI van 30 of hoger)
  • een niet-westerse achtergrond hebt
  • vader, moeder, broer of zus diabetes type 2 heeft
  • eerder zwangerschapsdiabetes hebt gehad
  • een groot kind bij een eerdere zwangerschap hebt gehad.

Hoe merk ik dat ik diabetes heb?

Van zwangerschapsdiabetes hoef je niets te merken, maar het kan dat je veel dorst hebt en vaak moet plassen. Als je één van de eerder genoemde risicofactoren hebt, wordt je rond de 24e week van je zwangerschap getest op zwangerschapsdiabetes. Of rond de 16e week als je het al eerder hebt gehad.

Hoe wordt diabetes tijdens je zwangerschap behandeld?

Na de diagnose volg je onder begeleiding van een diëtist een dieet en krijg je het advies om voldoende te bewegen. Dit bewegen bestaat dan bijvoorbeeld uit wandelen. Dit alles om je bloedsuikerspiegel te verlagen. Je controleert een aantal dagen je bloedsuikergehalte om te zien of dit werkt. Vaak is een dieet en beweegadvies voldoende om de bloedsuiker goed te krijgen. Uit het onderzoek van het Nivel blijkt dat 21% van vrouwen met zwangerschapsdiabetes insuline moet gaan gebruiken. De rest redt het dus met voeding en bewegen.

Wat zijn de gevolgen van zwangerschapsdiabetes?

Als het niet goed lukt om je bloedsuikers onder controle te krijgen, kan het zijn dat je baby te zwaar is bij de geboorte. Een zware baby kan de bevalling moeilijker maken. Soms kiest de arts er dan voor om de bevalling in te leiden rond week 38 of 39 van de zwangerschap. Je baby kan direct na de geboorte last hebben van te lage bloedsuikerwaarden. Als dat zo is, wordt je baby steeds gecontroleerd tot de bloedsuikerspiegel stabiel is. Kinderen van moeders met zwangerschapsdiabetes hebben later vaker overgewicht. Dit verhoogt hun eigen risico om later diabetes type 2 te krijgen.

Hoe kan ik voorkomen dat ik het krijg?

Een gezond gewicht van de moeder aan het begin van de zwangerschap verkleint de kans. Evenals een gezonde leefstijl met gezonde voeding en voldoende beweging. Meer informatie over onderzoek naar het voorkomen van zwangerschapsdiabetes lees je hier op de website van het Diabetes Fonds.

Dit artikel is geschreven door Frieda van der Jagt, Specialist kennis en innovatie, Diabetes Fonds.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.