Susanne van Lieshout interviewt vrouwen in Marokko. Souad is wat je noemt een apart geval. Ze is geboren en getogen Nederlandse, groeide met drie broers en een zus op in Den Haag. Haar beide ouders zijn in Marokko geboren, vader kwam in de jaren zeventig naar Nederland en liet een tijdje later zijn toekomstige vrouw uit Marokko overkomen. Als kind heeft Souad niet echt een band met Marokko opgebouwd want ze gingen er nooit op vakantie. De taal heeft ze wel opgepikt van haar ouders, maar het Nederlands is haar moedertaal. Ze voelt zich dan ook meer Nederlands dan Marokkaans.
Wat moet je nou in Marokko zoeken?, vroegen Souads vrienden in Nederland, ervan uitgaande dat ze ergens op het platteland in een hutje zonder stroom zou komen te zitten.
Het moge duidelijk zijn dat de beeldvorming aan beide kanten ernstig rammelt.
Souad werkt op het Nederlandse Consulaat in Casablanca. In Nederland heeft ze een studie bedrijfscommunicatie gedaan en in Marokko waren ze wel blij met deze bijdehante Nederlands sprekende dame op het Consulaat. Souad heeft bewust gekozen voor deze baan, omdat ze het leuk vindt om met Nederland en Nederlanders in contact te blijven en liever niet voor een Marokkaans bedrijf wil werken. Ik ben daar toch een vreemde eend in de bijt, ik spreek Marokkaans met een accent en mensen hebben weinig tolerantie voor in het buitenland opgegroeide Marokkanen, zegt Souad. Ze snappen gewoon niet wat je hier komt doen!
Ook met de Nederlanders doen zich soms bizarre taferelen voor. Regelmatig vragen in Marokko wonende Nederlanders aan haar: En hoe is het om weer terug te zijn in Marokko? Wat moet ik daar op zeggen? Ik ben hier niet terug, ik ben hier voor eerst, Nederland is mijn moederland. Ik erger me aan dezelfde dingen als andere buitenlanders hier, het chaotische verkeer, de verlammende bureaucratie, de onbetrouwbaarheid van sommige Marokkanen: voor mij is het leven in Marokko net zon ontdekkingreis als voor de Nederlanders hier.
Het is niet altijd gemakkelijk begrip te kweken, verzucht Souad, zowel bij de Marokkanen als bij de Nederlanders hoor ik er maar half bij. Gelukkig ben ik eraan gewend een minderheid te zijn, en ach.. wie wil er nou bij de grote massa horen? Een beetje anders dan anders is wel leuk, toch?