Miscommunicatie

Door: Leonie Linssen,
MiscommunicatieAfgelopen week was ik met mijn lief in het ziekenhuis. Hij moest een onderzoek ondergaan naar een vlekje dat drie maanden geleden werd ontdekt. Spannende tijden dus.
Zeker omdat zijn broer onlangs was geopereerd aan kanker. Om mijn vriend te steunen, ging ik met hem mee. Zelf heb ik jarenlang als laborant gewerkt in een ziekenhuis, voor mij dus een enigszins vertrouwde omgeving. Nu was ik er in de rol van ongeruste partner, en keek met heel andere ogen naar het geheel. Daarnaast ben ik ook buitengewoon geïnteresseerd in communicatie en de interactie tussen mensen, iets wat onlosmakelijk is verbonden met mijn vak als coach en trainer.

Mijn lief lag in een ongemakkelijke houding onder steriele doeken te wachten op de dokter die het onderzoek zou uitvoeren. Mijn vriend zat nog met een vraag die hij graag voor het onderzoek beantwoord wilde zien, toen de dokter binnenkwam. Hij gaf ons een hand met ‘dag mevrouw, dag meneer’. Mijn lief antwoordde ook met ‘dag meneer’ (en dacht daarbij: ‘als jij mijn naam niet noemt, noem ik je geen dokter’). De arts wilde meteen van start gaan, maar mijn vriend hield hem tegen. ‘Hoe weet u nu of dat vlekje van toen groter of kleiner is geworden als u er geen foto van hebt kunnen maken?’ De dokter antwoordde dat hij even in de gegevens ging kijken en liep weg (en ik dacht als laborant: ‘die heeft de status dus nog niet gelezen’).

Toen hij terugkwam, begon hij over de gespannen houding van mijn vriend, en stelde hem voor om eerst het onderzoek te doen waarna hij al zijn vragen zou beantwoorden. Mijn vriend hield hem echter tegen: hij wilde graag vooraf het antwoord op die ene vraag. De dokter was duidelijk geïrriteerd, en stak een verhaal af over zijn jarenlange ervaring als specialist met dit onderzoek. De taak van de patiënt was om vertrouwen in hem te hebben. Waarbij hij opmerkte dat als mijn vriend dat niet kon, hij vrij was om een ander ziekenhuis te zoeken. ‘Oeps, miscommunicatie’, dacht ik als coach.

De arts voelde zich duidelijk aangetast in zijn autoriteit. Ik voelde zijn onderhuidse irritatie. Als laborant kon ik me iets voorstellen bij zijn reactie: voor hem was dit immers een ordinaire routineklus die hij jaar in jaar uit deed. Maar voor mijn vriend als patiënt was dit alles helemaal nieuw. En hij maakte zich grote zorgen. Hij snapte niets van de reactie van de arts en voelde zich er doodongelukkig onder.

De miscommunicatie ontstond doordat de arts niet in staat was de onderliggende behoefte van de vraag van mijn lief te zien: de behoefte om gerustgesteld te worden door een serieus antwoord op een vraag die hem al maanden bezig hield. Gelukkig gaf de arts na zijn preek ook nog antwoord op de vraag van mijn vriend. Hij had ondertussen wel door dat deze erg zenuwachtig was, en slaagde erin hem te laten ontspannen waardoor het onderzoek meeviel. Na afloop legde hij ons op zijn kantoor alles uitgebreid uit.

De miscommunicatie had in mijn ogen heel gemakkelijk voorkomen kunnen worden. Een van de vuistregels van communicatie is om je te verplaatsen in de gedachtenwereld van de ander. Pas door de ander werkelijk te willen begrijpen, kun je echt contact maken. Bij de arts lukte dat jammer genoeg niet meteen.
En het vlekje? Dat is gelukkig verdwenen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.